Stichting Energietransitie & Kernenergie (SEK)

Kerncentrale Borssele: 50 jaar klimaatvriendelijk (oktober 2023)

Op 1 juli 1969, mijn derde verjaardag en enkele weken voor de eerste maanlanding plaatsvond, begon de bouw van de kerncentrale Borssele. Iets meer dan vier jaar later, op 26 oktober 1973, begon de centrale met het commercieel leveren van elektriciteit aan het net.     

Dat is nu een halve eeuw geleden, en al die tijd heeft de kerncentrale Borssele in een redelijk constant tempo klimaatvriendelijke elektriciteit geleverd. Weliswaar met een bescheiden vermogen (485 MW), maar op afroep beschikbaar met een hoge beschikbaarheid en al die jaren goed voor ergens tussen de 3 en 4 TWh (miljard kilowattuur) per jaar. Na de sluiting van de kerncentrale Dodewaard in 1997 was Borssele lange tijd de enige installatie in ons land die op significante schaal klimaatvriendelijke elektriciteit produceerde. In de cijfers van het IEA zie je de productie van zonen windstroom heel langzaam opkomen, en in de periode 2010-2015 meer en meer hun plek in de mix opeisen. Volgens het CBS produceerden in 2018 alle zonnepanelen in ons land samen net iets minder elektriciteit dan de kerncentrale Borssele, maar in 2022 was die productie bijna vijfmaal zo veel. Alle windturbines in ons land bij elkaar produceerden in 2010 nog evenveel elektriciteit als de kerncentrale, en in 2022 was die productie ruim vervijfvoudigd. Zon en wind hebben een sprint getrokken de laatste 10 jaar, kan je dus stellen. Maar de kerncentrale heeft al die 50 jaar trouw haar bijdrage geleverd: tot en met juni 2023 heeft zij 183 TWh klimaatvriendelijke elektriciteit geproduceerd. Ik heb het niet precies uitgerekend, maar wij zitten nu rondom het punt waarop alle zonnepanelen en windturbines bij elkaar evenveel klimaatvriendelijke stroom hebben geleverd als die ene kleine kerncentrale in Borssele. En dat op een stuk land dat een fractie van een vierkante kilometer aan ruimte inneemt. Ter vergelijking: het Gemini windpark, dat in 2022 ca. 2,4 TWh aan elektriciteit opwekte, ongeveer 60% van de elektriciteit die Borssele leverde, had daarvoor 68 vierkante kilometer aan zeeoppervlak nodig. En de 70 GW aan wind op zee die ons demissionaire kabinet voorziet, heeft nog een veelvoud aan ruimte nodig.

Die kleine David van een reactor in Zeeland heeft 50 jaar lang dapper gestreden tegen de Goliath van wind en zon en is nog lang niet moe. Waarmee ik niet wil zeggen dat we geen wind en zon moeten aanbouwen: de energietransitie is zo een omvangrijke opgave dat er ruimte is voor alle klimaatvriendelijke oplossingen. Hoewel naar mijn persoonlijke mening we nog wel wat kerncentrales erbij kunnen gebruiken, van allerlei pluimage. Wat ik wel wil zeggen is dat zelfs een kleine reactor ongelofelijk veel vierkante kilometer ruimtebeslag kan uitsparen. En wat ik vooral wil zeggen: Diep respect voor die kleine David in Zeeland, ik wens alle (oud-) werknemers van de kerncentrale een welverdiend gouden jubileum toe!

Lars Roobol

Logo